Wetenschappen – Wiskunde

Derde graad – vijfde en zesde leerjaar

Omschrijving

Deze studierichting heeft een duidelijk wiskundig-wetenschappelijke inslag met 8 uur wiskunde (of 6 uur wiskunde en 2 uur BZW Wetenschappen) en minstens 9 uur natuurwetenschappen (fysica, chemie, biologie, fysische aardrijkskunde).

Steeds meer wordt de wiskunde, behalve in fysica en chemie, ook ingeschakeld in andere vakgebieden zoals informatica, economie, aardrijkskunde en geneeskunde. Het is in de wiskunde dat men de theoretische basismodellen construeert en bestudeert die men dan vertaalt naar de andere vakgebieden. Het vak wiskunde brengt de leerlingen een beter redeneervermogen bij en leert hen door haar logische opbouw en rijke symbolentaal werken met grote nauwkeurigheid.

Onze maatschappij heeft bovendien meer en meer nood aan wetenschappelijk gevormde mannen en vrouwen. Ook vanuit sociaal en menselijk standpunt gezien zullen wetenschapsmensen steeds meer verantwoordelijke taken vervullen, denk maar aan de energieproblemen, het milieubeheer, de volksgezondheid, de voedselproduktie.

Leerlingprofiel

Deze studierichting is geschikt voor leerlingen die

• in de tweede graad een goed resultaat behaalden voor wiskunde en wetenschappen.
• geïnteresseerd zijn in wiskunde en natuurwetenschappen en de nodige verbanden kunnen leggen tussen beide.